Onderwijs op maat

Hoe komt het toch dat zoveel mensen hun dromen hebben moeten bijschaven, omdat ze niet de juiste diploma’s hadden, terwijl ze op de basisschool toch vaak in een of meer vakken veelbelovende cijfers hadden?
Grote kans dat deze mensen in het voortgezet onderwijs te laag geschoold zijn in deze vakken doordat ze niet in alles hetzelfde niveau hadden. Noodgedwongen gingen ze een niveau lager zitten om zo de andere vakken te kunnen bijbenen.
Bij mij heeft dit in ieder geval mijn kansen op het voortgezet onderwijs behoorlijk ingewikkeld gemaakt.

In het basisonderwijs speelt men continu in op verschillen in niveaus van leerlingen. Ik had in de laatste klas van mijn basisschool verschillende niveaugroepjes met Nederlands en rekenen. Dat werkte perfect want zo werd ik in Nederlands, waar ik goed in was, voldoende uitgedaagd en tijdens de rekenles werd ik niet overvraagd. Maar in het voortgezet onderwijs houdt men daar acuut mee op. Het onderwijs is dan een eenheidsworst geworden waarin leerlingen worden geperst totdat ze voor alle vakken voldoende presteren. En dan ontkom je bij de schoolkeuze niet aan compromissen.
Als je aan het eind van de basisschool dus de pech hebt dat je voor rekenen een praktijkschooladvies hebt en voor Nederlands met gemak de havo kan doen moet je genoegen nemen met een plek ergens daartussen.
Bij mij was dit het geval. Ik kwam terecht bij het mavo-onderwijs waar ik met gemak de Nederlandse lessen volgde en genoot van de lessen Duits en Engels maar hopeloos ongelukkig was tijdens de lessen wiskunde en handelsrekenen. Hoe langer ik naar die cijfers keek hoe grimmiger ze terugkeken.
De goede beoordelingen voor de talen konden me niet helpen, want ik moest rekenen ook op mavoniveau kunnen doen. Het frustrerende gevecht verloor ik in het tweede jaar, dus mocht ik het hele feest nog een jaar herhalen. In dat inhaaljaar deed ik niets aan Nederlands, Duits en Engels, want dat was al beneden mijn niveau en er werd me niets extra aangeboden. Thuis las ik wel Engelse boeken op havoniveau en ik begon wat Frans te leren toen ik daarvoor oude boeken vond van de vroegere ulo. De ulo was de voorloper van de mavo en daar kreeg men Frans. Met de naamswijziging naar mavo werd echter door de school besloten dat Frans beter geschrapt kon worden, want 3 vreemde talen zou te moeilijk zijn. Achteraf hoorde ik dat andere mavoscholen wel Frans hadden gehad, maar we hadden toen geen internet en vergelijken was dus moeilijker.
Voor mij zou mijn middelbare schoolperiode een stuk lucratiever zijn geweest als ik 1 van de 2 rekenvakken had mogen schrappen en 1 rekenvak op een basisniveau had kunnen doen om vervolgens al mijn energie te steken in Nederlands, Duits, Engels en Frans op havoniveau.
In die tijd, inmiddels 45 jaar geleden, ging ik ervan uit dat ik de laatste generatie zou zijn met deze vorm van onderwijs en dat er vast een intelligentere vorm zou komen. Helaas is er na mij nog een hele generatie geweest die dezelfde frustraties hebben moeten doorstaan, maar nu, in het jaar 2020, kwam me dan toch een hoopvol document onder ogen.
De notitie “Diploma op maat – ruimte voor talent in het voortgezet onderwijs” van de VO-raad gaat precies over bovenstaand probleem. Al vanaf 2015 is er veel over vergaderd en nu staat er een uitwerkingsresultaat op papier. Aangegeven wordt dat het nog breder moet worden besproken en geconcretiseerd, maar het begin is er.
En voor het bijkomende probleem van deze tijd dat voor veel leerlingen Nederlands niet hun moedertaal is zal dit ongetwijfeld ook een oplossing zijn.
Voor wie het hele document wil doorlezen: klik hier.

Het voorwoord is ondertekend door niemand minder dan Paul Rosenmöller die tot eind 2002 fractievoorzitter was van Groen Links en nu voorzitter van de VO-raad.
Ik hoop dat hij in deze functie kan bijdragen aan de vergroening van het voortgezet onderwijs. Het zal eens tijd worden…