Lentefeest

‘Maak plaats, wij brengen kleur.’
De statige klokjes steken de kopjes bij elkaar. ‘Het was net zo lekker rustig. En wat is er mis met smetteloos wit?’
‘Jullie zijn prachtig,’ jubelt de merel, ‘maar het is voorjaar en dat betekent feest.’
Een warrige stekelbos bromt vanuit zijn schuilplaats: ‘Hé wij slapen nog!’
Een toefje speenkruid kriebelt plagend in zijn nek. ‘Voel de warmte. De koude nachten zijn over. De anemonen gooien hun mosdeken af en de zon maakt overuren. Narcissen en katjes zijn al klaar voor Pasen en vogels zoeken takjes.’
De zon schittert, zoals het een eregast betaamt.