Dunne muren

De gehorigheid van mijn appartement stoorde me niet. De buurman had geen storend dagritme en dezelfde muzieksmaak, dus mijn radio kon uitblijven.
Maar na zijn verhuizing blijken Els en Robert vreemde opvolgers. Als agent was Robert ook thuis waakzaam en toen hij aan mijn kant gebonk en geschreeuw hoorde, stond hij gelijk voor de deur. Ik hoefde niets uit te leggen, want mijn stuiterende logeerkinderen deden open. ‘O’, zei hij lachend.
’s Ochtends wordt ik wakker van een hoog gierend geluid. Heb ik van de tandarts gedroomd? Nee, het komt van hiernaast. Het geluid lijkt nu op een kapotte wasmachine waar af en toe een dreun op wordt gegeven. Dan volgen ijselijke kreten.
Ik grijp naar de telefoon, maar dan valt het kwartje: hun papegaai houdt niet van techno…