De zoete lindebloesemgeur vertraagt mijn pas. Dromerig zwerf ik door het gras naar de vijver. Een blauwe libelle schittert boven het water, bijen zoemen tussen de rode klaver. De boterbloemen lijken voor me te dansen en pinksterbloemen knipogen nostalgisch. Kon alles in de wereld maar zo wonderlijk mooi zijn. De uitgebloeide paardenbloemen nodigen me uit. Ik pluk er een en blaas. Sprookjesachtig zoeken de parapluutjes hun weg onder de strakblauwe lucht. Nog drie over. Ik aarzel. Nou vooruit, het blijft tussen mij en het universum: pfff, pfffff, pffffffffffff. Blijkbaar mag ik niet alles wensen…